Met de Zambezi naar Noorwegen!
Geplaatst op 1 maart 2016
Dit jaar stond Noorwegen in een bijzonder daglicht. Precies 30 jaar geleden, 2 jong verliefden, naar een vrij onbekend land. Het zou ruig zijn, eten ontzettend kostbaar en drank onbetaalbaar. Het klopte allemaal, maar in de herinnering was het voornamelijk onbeschrijflijk mooi. Dat die herinnering waar was hebben we reeds meerdere malen herbeleefd, maar nu was de planning om enkele “oude” plekjes nogmaals te bezoeken. Daar onze jongste dochter ook meeging moesten we het programma echter ook wat uitdagender maken en dus kwamen de 2 hoogste toppen van noord Europa er bij.
Maar eerst de eerste stap (rit). Van zuid Limburg naar het topje van Denemarken. Onderweg iets wat we vaak zouden doen, namelijk comfortabel koffie zetten dankzij de mooie keuken op de Zambezi. Vanuit Hirsthals hadden we ons deze keer verwend met een grote oversteek naar Bergen. De stad waar het altijd regent. Dertig jaar geleden hadden we 3 weken zon en 30 graden, behalve in Bergen. Ook nu reeds bij aankomst regen en regen en ……, maar Brygge blijft mooi.
Helaas moest ook de Zambezi op in de regen en dat terwijl het onze eerste keer was dat we hem opzetten!
Dus snel gevlucht en bij de eerste voorzichtige zonneschijn ergens in de richting van de Jotunheimen meteen weer koffie gezet.
Nu was het hoogste tijd om een plek te vinden om eerst wat in te wandelen en daarna de eerste van de hoge toppen te nemen. Het was wel wat koud, overdag 15 graden en de avond/nacht tot ongeveer 4-5 graden. Daarom voortent, schort, grondzeil, voorluifel en tentluifel allemaal opgezet.
Wat een land om in te wandelen. Schitterend! Helaas zijn er echter in die 30 jaar toch wat zaken veranderd. Was je vroeger een van de weinige wandelaars (buiten de Noren zelf), dan vind je nu af en toe Alpen-toestanden, zoals volle parkeerplaatsen en files wandelaars. Desondanks spreken de plaatjes hiernaast voor zichzelf.
En koud dat het daarboven was! We moesten enkele uren wachten tot de gletsjer iets was ontdooid, anders waren we zo terug gegleden.
Na deze nipte overwinning (althans voor mij nipt), zouden we een rustdag hebben. Die voerde ons naar het bekende plaatsje Lom. Wederom 30 jaar geleden een van onze centrale plekken. Destijds was er in het dorp 1 kantine en verder niets, nu restaurants, musea, grote winkelbedrijven, diverse campings, etcetera. Gelukkig konden we wel onze oude camping nog vinden en wel in vrijwel onveranderde staat. Dat betekende rust, maar ook schuin en ongelijk terrein. Planken onder 1 van de wielen (volgend jaar wiggen) en het deksel op zijn extra caravanpoten ongelijk uitgedraaid om alle gaten, kuilen en hellingen op te vangen en horizontaal te kunnen slapen (we zouden er vaker gebruik van maken).
Ik dacht dat ik nu wel af was van dit zweten en we gingen vol goede moed over een pas, ja weer een van destijds. Toen steenslag, zand, hekken en geiten- en schapen-kudden. Nu een gladde mooie pasweg, maar de natuur er omheen was nog even wild en onveranderdlijk mooi.
Het volgende doel was een “must” voor Noorwegen reizigers, het Geiranger fjord. Kamperen aan water geeft meestal overlast van muggen (in Skandinavie zeker), maar aan een brak fjord is dat veel minder.
We dachten dat een klein wandelingetje geen kwaad kon, dus 500 meter stijgen naar een van de Preikestolen moest een makkie zijn. Fout! In plaats van een mooie bergtemperatuur was het hier op zeeniveau 30 graden en veel vochtiger. Achteraf leek deze wandeling zwaarder dan de grote jongens. Maar ook hier weer die beloning. Uitzicht op de zeven zusters, het Geiranger fjord, een cruise schip en verder gewoon natuurschoon (je wordt er blase van).
Dit “hoogste” punt was meteen ons keerpunt. We moesten terug naar het zuiden en ons stonden enkele dagen trekken te wachten. De eerste tussenstop was een camping met veel vaste plekken bij een fjord. “Gelukkig” mochten we na een nacht weer verder.
Onderweg ergens langs de Hardanger Vida natuurlijk de onmisbare koffiestop.
Waarna een volgende stop in het mooie Setesdal was. De poort naar Noorwegen was onze poort naar huis. We hadden nog wat tijd over dus besloten we het Setesdal op meerdere plekken te bewandelen. Deze keer echte kleine wandelingen!
De volgende stop in het Setesdal was aan een van de vele mooie meertjes. En …. we konden weer eens zonsondergangen op normalere tijden meemaken en fotograferen.
Aan al dat moois kwam toch weer een einde. We kwamen aan in Kristianssand en maakten ons op voor een vroege overtocht naar Denemarken en de lange reis naar huis. Die avond werd menige suggestie gedaan over volgend jaar. Uiteraard staat Skandinavie hoog op de lijst, maar waarom niet Schotland en haar eilanden? En IJsland of een rondje Engeland, Schotland, de Orkneys, Noorwegen en Denemarken?
Als laatste plaatje wil ik nog graag onze betrouwbare extra steunen laten zien. In Skandinavie, maar eigenlijk overal op kleine wilde campings, vind je ongelijk terrein. Daarom hebben we deze caravanpoten er bij onze dealer op laten zetten. Gelukkig maar!
Fam. Stikvoort